Inhoud
Phellinus viticola is een boompaddestoel van de klasse Basidiomycetes, behorend tot de familie Hymenochaetae en het geslacht Phellinus. Het werd voor het eerst beschreven door Ludwig von Schweinitz en het vruchtlichaam kreeg zijn moderne classificatie dankzij de Nederlander Marinus Donk in 1966. De andere wetenschappelijke namen: Polyporus viticola Schwein, sinds 1828.
Hoe ziet de Phellinus-druif eruit?
Het stengelloze vruchtlichaam wordt met het zijdeel van de dop aan het substraat bevestigd. De vorm is smal, langwerpig, licht golvend, onregelmatig gebroken, tot 5-7 cm breed en 0,8-1,8 cm dik. Bij jonge paddenstoelen is het oppervlak bedekt met korte haartjes die fluweelachtig aanvoelen. Naarmate de hoed zich ontwikkelt, verliest hij zijn beharing, wordt hij ruw, ongelijkmatig klonterig en glanst hij vernis, zoals donker amber of honing. Kleur roodbruin, baksteen, chocolade. De rand is fel oranje of oker, wollig, afgerond.
Het vruchtvlees is dicht, niet meer dan 0,5 cm dik, poreus-hard, houtachtig, kastanjebruin of geelachtig rood van kleur.De hymenofoor is lichter, fijn poreus, beige, koffiemelk of bruinachtig van kleur. Ongelijkmatig, met hoekige poriën, daalt het vaak langs het oppervlak van de boom af en beslaat een aanzienlijk gebied. De buizen bereiken een dikte van 1 cm.
De poreuze hymenofoor is bedekt met een witte donzige laag
Waar groeit de Phellinus-wijnstok?
Phellinus Grapese is een kosmopolitische paddenstoel en wordt overal in de noordelijke en gematigde breedtegraden aangetroffen. Het groeit in de Oeral en in de Siberische taiga, in de regio Leningrad en in het Verre Oosten. Bewoont dood hout en gevallen sparrenstammen. Soms is het te zien op andere coniferen: dennen, sparren, ceders.
Individuele vruchtlichamen kunnen samensmelten tot enkele grote organismen
Is het mogelijk om Phellinus-druiven te eten?
Vruchtlichamen worden geclassificeerd als oneetbaar. Hun vruchtvlees is kurkachtig, smaakloos en bitter. De voedingswaarde neigt naar nul. Er zijn geen tests uitgevoerd op het gehalte aan giftige stoffen.
Kleine paddestoelknopen groeien zeer snel over het oppervlak van de boom tot ingewikkeld gebogen linten en vlekken
Conclusie
Phellinus-druivense is wijdverspreid in Rusland, Europa en Noord-Amerika. Leeft in naald- of gemengde bossen. Hij nestelt zich op dood hout van dennen, sparren, sparren en ceders en vernietigt het snel. Het is een vaste plant, dus je kunt hem in elk seizoen zien. Oneetbaar, geen toxiciteitsgegevens beschikbaar in het publieke domein.